Op 18 januari 2018 bericht het NOS Journaal van 20.00 uur over het antisemitisme in Duitsland. De presentatie zegt: ‘Duits parlement wil dat asielzoekers die oproepen tot jodenhaat het land worden uitgezet.’ Dan start een reportage van NOS-correspondent Jeroen Wollaars. Een Joodse restauranthouder komt aan het woord die vertelt dat studenten van Arabische afkomst niet voor Joden willen werken, en een racistische Duitse buurman scheldt dezelfde restauranthouder de huid vol. Allemaal serieus werk.
Dan komt correspondent Jeroen met duiding:
‘Ook is het goed om ook hier de statistieken erbij te halen.’ Antisemitisch geweld in Duitsland is in 2016, zo stelt hij, 48 keer door buitenlanders en 1.381 door extreemrechts gepleegd. ‘De moslimraad vindt daarom dat het verkeerde debat gevoerd wordt.’
Op 25 april 2018 toont NOS-correspondent Jeroen opnieuw cijfers, nu uit 2017: Misdrijven tegen Joden: bijna 1500. 95% van het antisemitisme komt van extreemrechts. Hij laat een onderzoeker aan het woord die zegt: ‘Het meeste geweld tegen Joden komt van extreemrechts, niet van moslims.’
‘Dat zijn de feiten’, meent Wollaars heel stellig. ‘Feit is ook dat er een groep mensen is bijgekomen van wie soms antisemitisme uitgaat.’ U leest het goed: het over-overgrote deel van het antisemitisme wordt in de schoenen geschoven van de autochtone Duitsers.
Betrokken personen, die geen enkele politieke reden hebben om de zaak te verdraaien, halen de getoonde ‘feiten’ in de NOS-reportages onderuit.
Zoals Fabian Weißbarth, vicedirecteur van de American Jewish Committee. Die schrijft: ‘Waarom wil men weten wie de daders zijn als de strafdaden nauwelijks opgehelderd worden? De statistieken nemen aan dat de daden voor 90 procent ‘politiek gemotiveerd rechts’ zijn. Over de daders, rechtsextremist of islamist, kan statistiek echter weinig uitkomst bieden’ (…) ‘Zelfs voorvallen in samenhang met de islamistische Al-Quds-demonstratie werden in het verleden als politiek rechts gemotiveerd.’
Esther Voet, hoofdredactrice van Nieuw Israëlietisch Weekblad, communiceert op 25 april 2018 rechtsreeks via Twitter met Jeroen Wollaars: ‘Beste @wol, bij Duitse onderzoek waar jij cijfers uit citeert bij @nosnieuws mocht niet etnisch worden geprofileerd. Daarom werden incidenten veroorzaakt door moslims bij extreemrechts gezet. 95% antisemitische incidenten uit extreemrechtse hoek is dus ernstig vertekend.’
In een tweede tweet schrijft Esther Voet: ‘Realiteit: als morgen geen moslim meer in Europa zou wonen, zou antisemitisme beslist niet weg zijn. Maar jouw repo kun je scharen onder #fakenews, of tenminste zeer slecht onderzocht nieuws.’ Een rechtzetting of het aanbrengen van nuance door Jeroen blijft uit – zoals nagenoeg in alle gevallen bij fouten door het NOS Journaal.
De reportage van de NOS is opmerkelijk omdat drie dagen eerder, op 22 april 2018, bondskanselier Merkel voor de Israëlische televisie haar bezorgdheid uitspreekt over het groeiend antisemitisme door migranten. Zou zij dat doen als het slechts 5 procent van alle gevallen betreft? Your guess is as good as mine.
Wanneer we de gangbare definitie van nepnieuws nemen: het verspreiden van desinformatie met als doel het beïnvloeden van de publieke opinie, dan valt dit NOS-item daar zeker onder. Op de NOS-redactie leeft het idee, zo blijkt uit meer voorbeelden in dit zwartboek, dat iedereen gelijk is maar toch ook weer niet helemaal.
Een bevestigend voorbeeld van sturing ten nadele van de autochtone bevolking is dat bij de NOS Journaal 20.00 uur-uitzending op 27 maart 2018 de Arabische (lees: moslim) achtergrond van de moordenaar van de joodse vrouw Mireille Knoll in Parijs nu níet wordt genoemd. Terwijl het overduidelijk om een antisemitische daad gaat.
Bericht uit Italië
Op 10 februari besteedt het 20.00 uur journaal aandacht aan een demonstratie tegen ‘racisme en vreemdelingenhaat’ in de Italiaanse stad Macerata. Een week eerder schoot een rechtsextremist op immigranten waarbij zes gewonden vielen. Aanleiding tot die schietpartij was de moord eerder op een 18-jarige Italiaanse door een Nigeriaanse migrant. Alle twee is heel erg, maar de vraag rijst, waarom wordt bij het NOS Journaal wel van ‘racisme’ gesproken als een autochtoon op zes Afrikanen schiet, maar niet als een Afrikaan een autochtoon vermoordt? En waarom is er wel een reportage over de demonstratie gemaakt maar niet over de dood van de Italiaanse vrouw?
NOS-correspondent Mustafa Marghadi lijkt met zijn aanpak niet alleen vooringenomen, hij verspreidt ook nepnieuws om zijn item kracht bij te zetten. Hij zegt in zijn commentaar dat de Italiaanse regering de instroom van migranten ‘nagenoeg tot halt heeft geroepen’. Wie de cijfers uit de voorafgaande maand januari erbij haalt, ziet dat in de eerste wintermaand van 2018 zo’n 7.174 migranten vanuit Afrika de oversteek hebben gemaakt naar Europa, waarvan het leeuwendeel in Italië aan land stapt. In dezelfde maand een jaar eerder zijn dat er zelfs minder, namelijk 6.906. In heel 2017 bedraagt het aantal 186.768 migranten. Dat ‘nagenoeg tot halt heeft geroepen’ is dus zwaar bezijden de waarheid en vermoedelijk ingegeven om de druk van migranten op de Italiaanse samenleving te downplayen. In ieder geval is het in strijd met de NOS-code van ‘zorgvuldigheid en betrouwbaarheid’. Ook deze fout wordt door het NOS Journaal niet rechtgezet in de uitzending.
De stap naar de NOS Ombudsman
- Tussen 20 september 2017 en 28 december 2017 bekeek ik als doorsneekijker twee tot driemaal het NOS Journaal van die dag. Het resulteerde in vijf vangsten – de links staan onderaan – met tientallen voorbeelden van nieuwsitems die in strijd zijn met de eigen NOS-code die voorschrijft dat de NOS-nieuwsdienst moet voldoen aan ‘de hoogste journalistieke eisen van zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, ongebondenheid, pluriformiteit en objectiviteit’.
- Op 2 december 2017 vroeg ik de NOS om een weerwoord, wat door de voorlichting echter ‘niet zo zinvol’ werd geacht.
- Op 24 januari 2018 diende ik, met assistentie van een Amsterdamse advocate en mede namens ruim honderd medeklagers, waarvan de namen en adressen in mijn bezit zijn, zestien concrete klachten & opmerkingen in bij de NPO Ombudsman Margo Smit. Het aantal van zestien werd uit praktische overwegingen gekozen, het hadden er ook meer kunnen zijn.
- Op 2 februari 2018 reageerde de hoofdredacteur NOS Nieuws Marcel Gelauff op de zestien punten.
- Op 1 mei 2018, precies binnen de termijn van drie maanden, stuurde de NPO Ombudsman haar reactie.
- Daarop volgt deze 6e vangst Zwartboek NOS Journaal, met een respons van The Karskens Times op het weerwoord van de NOS en de analyse van de ombudsman plus aanvullende informatie die de zestien klachten versterken. Ik baseer me daarbij op eigen waarnemingen (al kijk ik niet langer iedere dag), de sociale media en reacties die mij zijn toegestuurd.
De bedoeling is begin juni de stap te zetten naar de Raad voor de Journalistiek https://www.rvdj.nl/. Bij deze organisatie kunnen nieuwsconsumenten terecht met klachten over journalistieke activiteiten, ‘die naar hun oordeel niet goed zijn afgehandeld door het medium zelf’.
De NPO Ombudsman, die het in verschillende gevallen eens is met de klagers, verwijt ik namelijk vooringenomenheid en onwetendheid. Zo geeft zij haar analyse de kop mee: ‘Een fout(je) is nog geen complot.’
Terwijl het woord ‘complot’ nergens staat vermeld in het Zwartboek NOS Journaal en zij zo de indruk wekt dat een serie serieuze klachten niets anders dan een samenzwering kan zijn. Ook meent ze dat: ‘in de klachten van alles op één hoop geveegd wordt’ en ‘dat verwijtbare eenzijdigheid of partijdigheid verondersteld maar niet bewezen wordt.’
Dat is bezijden de waarheid, want The Karskens Times en de medeklagers stellen dat het NOS Journaal vaak in strijd handelt met de eigen bovengenoemde kwaliteitscode. Fouten worden niet tot nauwelijks hersteld, terwijl dat bij kranten een standaard operatie is. Anders dan de ombudsman meent, vinden klagers dat het NOS Journaal vaak eenzijdig en partijdig is. De voorbeelden spreken boekdelen.
Om niet in herhaling te vervallen en de NPO Ombudsman op verschillende punten de klagers in het gelijk heeft gesteld, willen we ons in eerste instantie beperken tot drie kernpunten. (De exacte formulering zoals die begin juni de deur uitgaat wordt in overleg gemaakt met medeklagers die tot die tijd op- en aanmerkingen kunnen mailen.)
1) Is de RvJ het met de klagers eens dat de NOS discrimineert naar ras, nationaliteit en geloofsovertuiging? Zoals aangemerkt bij bijvoorbeeld Vangst 5 en de twee voorbeelden zoals aangehaald bij het begin van deze 6e vangst?
2) Is de RvJ het met de klagers eens dat de NOS nepnieuws verspreidt? Zoals aangemerkt bij verschillende klachten?
3) Is de RvJ met de klagers eens dat de NOS zich in veel gevallen – zoals bovengenoemde 16 punten – zich niet houdt aan de eigen kwaliteitscode?
Extra motivatie
Een extra motivatie voor de stap naar de RvJ is de volgende: op 26 april 2018 hoorde uw gastheer in het Berlaymontgebouw te Brussel Eurocommissaris Mariya Gabriel voor Digitale Economie spreken over ‘inspanningen verdubbelen in de strijd tegen de desinformatie’. Europees onderzoek wees uit dat 80 procent van de Europese bevolking nepnieuws als een bedreiging ziet en de Europese Commissie daarom een gedragscode wil opstellen voor sociale media als Google, Facebook en Twitter. Prima, geen bezwaar, ik juich zo’n initiatief toe. Maar laten we de klassieke media, zoals het NOS Journaal, dan ook onder de loep nemen. Dit Zwartboek NOS Journaal is daarbij een eerste stap. Klagers zijn groot voorstander van een uitgebreide academische inhoudsanalyse van het NOS Journaal in de periode 2014-2017. De nationale nieuwsvoorziening van de NOS (jaarlijks zo’n € 50 miljoen) wordt betaald uit de algemene middelen en is bepalend voor veel politieke keuzes. Alle reden dus voor een goed onderzoek.
Hoe moet u lezen?
Dit 6e Zwartboek NOS Journaal wijkt af van de vorige vijf vangsten. U leest hierna telkens eerst de klacht met commentaar van de klagers. Daarna, voor duidelijk onderscheid in cursief, de reactie van hoofdredacteur van NOS Nieuws Marcel Gelauff. Gevolgd door de analyse in blauw door de NPO Ombudsman en dan weer de – nieuwe – reactie van The Karskens Times, indien nodig gestaafd of aangevuld met nieuwe voorbeelden tot half mei 2018.
Voor de bronnen, zover niet aangegeven, verwijs ik naar de links uit de vijf eerdere vangsten Zwartboek NOS Journaal, te vinden onder de 16 klachten.
Klacht 1
In het najaar van 2017 rond besteedde het NOS Journaal aandacht aan de Catalaanse onafhankelijkheidsverklaring en de regionale verkiezingen. Op 2 oktober 2017 opent het NOS Journaal in de uitzending van 12.00 uur over het onafhankelijkheidsreferendum van Catalonië: ‘In Catalonië heeft negentig procent van de bevolking gestemd voor onafhankelijkheid.’
Om 14.00 uur dezelfde dag luidt de opening van de uitzending: ‘Negentig procent van de Catalanen die gisteren naar de stembus gingen is voor afscheiding van Catalonië. De opkomst was ruim 42 procent.’ Bij de uitzending van 18.00 uur dezelfde dag wordt het getal van ‘ruim 42 procent’ opkomst genuanceerd met het commentaar: ‘Negentig procent heeft ‘ja’ gestemd. Dat betekent dat 68 procent van de Catalanen niet voor onafhankelijkheid heeft gestemd.’ In de uitzending van 20.00 uur duidt het NOS Journaal met stelligheid: ‘Een groot deel van de Catalanen zit niet te wachten op die onafhankelijkheid.’ Waarna een rekensom volgt van 42 procent opkomst minus 19 procent tegenstemmers. ‘Dat betekent dat de meerderheid van de Catalanen dus niet vóór stemde.’
Commentaar van klagers:
Met dit commentaar dringt de NOS de kijker een onjuist beeld op dat in strijd is met NOS-code van ‘ongebondenheid’ en ‘objectiviteit’.
Ter vergelijking: De opkomst van de Europese verkiezingen in Nederland bedroeg in 2014 zo’n 37,3 procent en de opkomst in 2009 zo’n 36,8 procent. Toen trok het NOS Journaal de geldigheid van de uitslag niet in twijfel met een vergelijkbare uitspraak als ‘Een meerderheid van de Nederlandse bevolking zit niet te wachten op een nieuw Europees Parlement.’
Reactie van de NOS:
‘Uw klacht laat zien dat er meerdere invalshoeken mogelijk zijn bij het weergeven van een uitslag van een verkiezing of referendum. Rond het referendum in Catalonië was het vooral de vraag hoe hoog de opkomst zou zijn en uiteraard wat de uitslag zou zijn. U vermeldt niet m.b.t. het NOS Journaal van 12.00 uur dat vrijwel onmiddellijk daarna de zin volgt: Ruim 42 procent heeft een stem uitgebracht. Maar ik ben het met u eens, dat in het bericht dat u aanhaalt beter onmiddellijk gezegd had kunnen worden: van de mensen die gingen stemmen.
Uw opmerking dat wij de uitslag in Catalonië in twijfel trokken (en dus blijkbaar een bedoeling hadden) deel ik niet. We gaven cijfers weer. Het is een niet onderbouwde suggestieve stelling van uw kant.’
Analyse van de ombudsman:
‘De ombudsman pleit met regelmaat – ook naar aanleiding van berichten over andere referenda en verkiezingen – voor het correct weergeven van de resultaten: x procent van de mensen die gingen stemmen was voor of tegen y. Er dient altijd glashelder te zijn hoe een uitslagpercentage gebruikt wordt en berekend is (op basis van het aantal uitgebrachte stemmen dan wel gerelateerd aan de totale bevolking). Aan die helderheid schort het in sommige berichtgeving en dat is niet goed. Dat constateert de hoofdredacteur van de NOS ook.
Betreft het daarmee het opdringen van een onjuist beeld, zoals klagers stellen?
De keuze welke weergave van de uitslagen wordt toegepast kiest de ombudsman niet maar wordt bepaald door wat op het gegeven moment het best en eenduidigst de context weergeeft: is het – als de verkiezingen vooral om draagvlak gaan – vooral van belang hoe hoog de opkomst is of is dat – bijvoorbeeld in een land waar stemplicht bestaat – minder interessant dan de verdeling per partij?
In de hier gegeven voorbeelden is op verschillende momenten voor een andere weergave van de uitslag gekozen om daarmee een zich in de loop van de dag steeds ontwikkelende context te geven. Dat vindt de ombudsman niet raar of onjuist, en de claim dat hier een onjuist beeld wordt opgedrongen vindt geen ondersteuning.
Het NOS Journaal van 12 uur wordt onvolledig (en – als we op slakken zout zouden leggen – onjuist: de presentator gebruikt het woord ‘bewoners’) door klagers geciteerd.
Het verwijt dat jaren eerder in een niet-gerelateerd bericht een bepaalde formulering niet is gebruikt heeft volgens de ombudsman met de in deze items gebruikte formulering niets van doen.’
Reactie van TKT:
Op sommige punten geven zowel NOS als ombudsman toe aan de kritiek. De TKT blijft bij de stelling: Is de NOS-redactie het eens met de uitslag van een verkiezing, dan blijven kritische opmerkingen en suggesties veelal achterwege.
Klacht 2
(a) De NOS Journaal-uitzending van 20.00 uur op zondag 5 november 2017 opent met correspondent Rop Zoutberg die verslag doet over de inhechtenisneming van de afgezette Catalaanse president van het regiobestuur Carles Puigdemont in Brussel naar aanleiding van een Europees arrestatiebevel uitgevaardigd door de rechtbank in Madrid. Hij zegt:
‘Puigdemont houdt zich vast aan zijn laatste strohalm. (…) Politiek is hij bijna geïsoleerd komen te staan. Er is bijna niemand die zich voor hem interesseert.’
(b) Op 29 oktober 2017, een week eerder, opent de uitzending van 20.00 uur met pro-Spanje-aanhangers: ‘Honderdduizenden demonstranten in Barcelona. Ze laten massaal weten dat ze bij Spanje willen blijven horen.’ En de uitluid klinkt: ‘Een massale demonstratie in Barcelona tegen de onafhankelijkheid van Catalonië. 300.000 gingen de straat op.’ Op 12 november 2017 meldt het NOS Journaal in de uitzending van 20.00 uur niets over de pro- onafhankelijkheidsdemonstratie met, volgens cijfers van de politie, 750.000 deelnemers die de vrijlating van politieke Catalaanse gevangenen eisen.
Commentaar van de klagers:
De NOS stuurt de berichtgeving door pro-Spanjedemonstraties en pro- onafhankelijkheidsdemonstraties niet gelijk te behandelen. Er is sprake van onvoldoende zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, ongebondenheid, pluriformiteit en objectiviteit, want bij de verkiezingen voor het Catalaanse parlement op 21 december 2017 veroveren de pro-afscheidingspartijen 70 van de 135 zetels. Verder is opmerkelijk dat de aanwezigheid van extreemrechtse sympathisanten onder de pro-Spanje demonstranten die de fascistengroet brengen niet wordt genoemd of worden getoond door het NOS Journaal.
Reactie van de NOS:
‘Uw opmerking dat uit onze selectie blijkt dat wij berichtgeving (blijkbaar doelbewust) sturen, wijs ik af en kan ook geenszins uit dit voorbeeld worden afgeleid. U draagt daar ook geen enkel concreet argument voor aan.
Wij kiezen op basis van relevantie en nieuwswaarde en bezien bij onze uiteindelijke keuze altijd het totale aanbod van het nieuws van dat moment. Dat betekent dat afwegingen per dag anders kunnen uitvallen.
Aan de discussie in Catalonië hebben we in de loop der weken voortdurend en intensief aandacht besteed met een groot aantal reportages en berichten, maar compleet kunnen we nooit zijn.’
Analyse van de ombudsman:
‘Ad (a): Het item gaat niet over de inhechtenisneming van Puigdemont maar over het feit dat deze zichzelf heeft aangegeven. Of de Belgische rechter tot inhechtenisneming zal besluiten is nog helemaal niet helder.
Er blijkt, wanneer de bijdrage van de correspondent volledig beluisterd wordt, wat hij bedoelt met de tekst: dat hij met “bijna niemand” doelt op politici, niet op de bevolking of de demonstranten van een week later. De correspondent geeft de twee mogelijkheden waarom Puigdemont zichzelf heeft aangegeven:
Puigdemont houdt zich vast aan zijn laatste strohalm, die laatste strohalm is een Belgische rechter die zal erkennen dat hij geen recht heeft op een eerlijk proces in Spanje. Dat zou een mooie overwinning zijn voor Puigdemont en indirect een veroordeling van het Spaanse rechtssysteem, dat zou vanuit België komen. Maar het kan ook zijn dat dat niet gebeurt en dan bevestigt het een ander beeld, namelijk van Puigdemont die steeds meer geïsoleerd komt te staan. Er was de afgelopen dagen veel aandacht voor zijn zaak maar met name van journalisten. Politiek gezien is-ie bijna geïsoleerd komen te staan, er is bijna niemand die zich voor hem interesseert.
Klagers citeren onvolledig en interpreteren de inhoud in een richting die niet door de tekst ondersteund wordt.
Ad (b): De hoofdredacteur van de NOS stelt in zijn reactie dat geen nieuwsdag dezelfde is en dat keuzes voor het al dan niet melden van een onderwerp in een specifieke uitzending nog geen ongelijke behandeling van onderwerpen of het sturen van berichtgeving betreft. Dat is zo, het is ook een erg algemene verklaring voor een nieuwskeuze die puur getalsmatig om onderbouwing vraagt. Dat klagers het niet opnemen van een item op basis van een groter aantal demonstranten kwalificeren als sturing van de berichtgeving is overigens eveneens (te) kort door de bocht.
De ombudsman wil opmerken dat het NOS Journaal van 20.00 uur wellicht (nog steeds) het vlaggenschip van de NOS is, het is bij lange na niet het enige publicatiekanaal van de NOS. Op 12 november wordt in diverse andere uitzendingen en op andere platforms aandacht aan de pro-onafhankelijkheidsdemonstratie besteed. Zo ook in de dagen ervoor en erna.’
Reactie van TKT:
De vooringenomenheid bij het NOS Journaal rondom de Catalaanse onafhankelijkheid is en blijft opvallend. Daar waar pro-Madrid-demonstraties die uit de hand lopen (waarbij zelfs de Hitlergroet is gebracht) niet worden belicht, worden bij de arrestatie van Puigdemont in Duitsland op 25 maart 2018 bij het NOS Journaal van 20.00 uur van die dag de rellen die losgebarsten in Barcelona wel getoond.
Ook gaat de ombudsman niet in op het verwijt van de klagers dat op 21 december 2017 de pro-afscheidingspartijen 70 van de 135 zetels veroveren. De opmerking van de correspondent over Puigdemont eerder: ‘Politiek gezien is-ie bijna geïsoleerd komen te staan, er is bijna niemand die zich voor hem interesseert’, is daarom suggestief en ver bezijden de waarheid. Een journalistiek onafhankelijk onderzoek ter plaatse had dat ook zeker aangetoond.
Op 5 november 2017 zegt de commentaarstem bij het item over Puigdemont: ‘De protesten in Barcelona zijn niet meer zo massaal als een paar weken terug.’ Terwijl een week later een van de grootste demonstraties uit de Catalaanse geschiedenis plaatsvindt met een geschat aantal van 750.000 deelnemers. Maar de NOS-hoofdredacteur blijft beweren dat er ‘geen enkel concreet argument’ wordt aangedragen waaruit blijkt dat de NOS bij de berichtgeving stuurt. Tja, hoe duidelijk wil het je het hebben?
Over een algemene opmerking van de ombudsman dat het NOS Journaal ‘bij lange na niet het enige publicatiekanaal van de NOS’ is, het volgende: De klachten concentreren zich vooral op het NOS Journaal, vandaar de naam ‘Zwartboek NOS Journaal’. De 20.00 uur-uitzending is het best bekeken en ook de langste; tijdgebrek kan dus nooit een excuus zijn om het item niet goed en tweezijdig te belichten. Immers, ieder afgerond journalistiek product moet voldoen aan de bekende eisen: wie, wat, waar, waarom en als het een mening betreft ook hoor-wederhoor. Een mening verkondigen over een urgente politieke zaak, maar het wederhoor afschuiven op een andere uitzending of een andere drager, is ontoelaatbaar. Dergelijke praktijken zouden het hek openzetten naar willekeur en propaganda en dan is er geen sprake meer van een journalistiek product.
Klacht 3
Op zondag 17 december 2017 besteedt de NOS Journaal-uitzending van 20.00 uur aandacht aan de, dankzij de Amerikaanse inlichtingendienst CIA, verijdelde aanslag in de Russische stad St. Petersburg. In het item worden beelden getoond van ‘verdachten’ die voor de camera vertellen over hun plannen. De journaal-presentator zegt: ‘Het is onduidelijk of deze beelden in scène zijn gezet.’
Commentaar van de klagers:
De eigen website van de NOS waarschuwt met regelmaat voor Russisch nepnieuws. Wanneer de NOS-redactie dan toch beelden gebruikt waarvan de authenticiteit twijfelachtig is, stoelt die keuze niet op ‘betrouwbaarheid’ en ‘zorgvuldigheid’ zoals de eigen code voorschrijft.
Reactie van de NOS:
‘De opmerking die u citeert was feitelijk juist en relevant. Uw commentaar begrijp ik niet. Het lijkt me juist zorgvuldig dat we melden, dat niet zeker is of de beelden echt zijn.’
Analyse van de ombudsman:
‘Wanneer beeldmateriaal wordt gebruikt, moet als er twijfel bestaat over aard of status van dat materiaal juíst met de kijker gedeeld worden dat er aarzeling is. Soms zal twijfel over de herkomst of authenticiteit leiden tot het niet gebruiken van materiaal, soms wel, maar dan dient een disclaimer te worden toegevoegd.
Dat is hier gebeurd, zij het summier. Een extra zin die ook nog uitlegt waarom toch voor uitzending is gekozen zou de kijker van nog extra relevante informatie hebben voorzien en hem deelgenoot gemaakt hebben in de afwegingen van de redactie.’
Reactie van TKT:
Het gebruik van beelden waarvan authenticiteit en afkomst onduidelijk is, ook met disclaimer, past niet bij een nieuwsorganisatie die zichzelf voorstaat te willen voldoen aan ‘de hoogste journalistieke eisen’. De kans is namelijk groot dat je zo meewerkt aan het verspreiden van nepnieuws en als de kijker even niet luistert krijgt die zo een verkeerde indruk. Serieuze geschreven pers citeert toch ook niet uit een anonieme brief (dat is wat anders dan een bron die je anoniem opvoert maar waar je wel de afzender van kent).
Klacht 4
Het NOS Journaal op 20 november 2017 meldt in de uitzending van 13.00 uur dat Politie Rotterdam volgens het advies van het Instituut College voor de Rechten van de Mens een medewerker ‘niet mag verbieden een hoofdoek te dragen.’ In de uitzending van 20.00 uur zegt voorzitter Adriana van Dooijeweert van het College: ‘Ons oordeel is gezaghebbend maar niet bindend.’ Zij zegt dat ‘in het geval van déze mevrouw de politie niet voldoende heeft onderbouwd dat het noodzakelijk is het haar te verbieden.’
Overdag op die 20ste november verschijnt op de NOS-tekstbalk, de lopende mededelingen onder in het beeld: – Hoofdoek politiemedewerkster mag–. Niet tussen aanhalingstekens, de NOS presenteert een advies van het college als vaststaand feit.
De tekst – Politie discrimineert bij hoofddoek– staat ook op de nieuwsoverzichtpagina 101 van NOS Teletekst.
En op pagina 225, met de inhoud van het NOS Journaal, staat – Hoofddoek politiemedewerkster mag–.
Commentaar van de klagers:
De journalistieke werkwijze schept verwarring. Het CvdM geeft een advies aan een klaagster, dat niet bindend is. Er wordt de indruk gewekt met het bericht –Hoofdoek politiemedewerkster mag– dat er een omslag in de besluitvorming is. Dat is niet zo. Het weerwoord van de politie wordt alleen in de presentatietekst vermeld. De reactie op het advies is relevant, omdat de meeste partijen in de Tweede Kamer van mening zijn dat de politie een neutrale uitstraling moet hebben. De NOS-verslaggeving zit bovendien fout met haar bewering. Op 20 december 2017 onderstreept de Rotterdamse politie haar eerdere standpunt dat een hoofddoek bij de politie er níet komt.
Reactie van de NOS:
‘Het is in de journalistiek gebruikelijk en (helaas) vaak onvermijdelijk dat in koppen niet elke nuance kan worden weergegeven. De koppen in de tekstbalk waar u over spreekt, worden overigens automatisch (en dus letterlijk) overgenomen van Teletekst 101. Op Teletekst is de ruimte nu eenmaal zeer beperkt; met name voor koppen.
U heeft gelijk dat een kop tussen aanhalingstekens hier beter was geweest.’
Analyse van de ombudsman:
‘Als de kop van een bericht een citaat is, dient die tekst tussen aanhalingstekens te staan. Dat had hier ook gemoeten, en dat onderschrijft de hoofdredacteur in zijn antwoord aan klagers, daaraan hoeft de ombudsman niets toe te voegen.
Dat alle informatie uit een artikel in de kop kan staan lijkt de ombudsman minimaal een overspannen verwachting. Welke inhoud uiteindelijk de kop haalt? De meest nieuwswaardige. Dat was ditmaal niet de reactie van de politie (die was te voorspellen, zoals klagers aangeven was dit al op 20-12 gemeld) en ook het standpunt van de politiek was bekend. Het advies van het CvdM was dat niet en was dus nieuws.
Het bericht zegt nergens dat het advies een besluit is, klagers stellen dat die “indruk gewekt wordt” maar daar kan de ombudsman niets mee.’
Reactie van TKT:
De laatste zin van de ombudsman suggereert dat ze het toch ook weer niet helemaal snapt of haar eigen woorden weer intrekt. Ze schrijft: ‘Het bericht zegt nergens dat het advies een besluit is, klagers stellen dat die “indruk gewekt wordt” maar daar kan de ombudsman niets mee.’ De TKT meent juist dat het plaatsen van aanhalingstekens suggereert dat het een mening is en geen vaststaand feit, precies zoals de CvdM het heeft bedoeld en zo komt het ook over bij de lezer.
Klacht 5
(a) In het NOS Journaal van 12 oktober 2017 in de uitzending van 20.00 uur verschijnt Michael P., verdacht van de moord op Anne Faber, met een foto gebalkt op het scherm en wordt zijn voornaam genoemd. Als op 20 november 2017 in de uitzending 20.00 uur bekend wordt gemaakt dat een zorgmedewerker is gearresteerd op verdenking van het fataal toedienen van insuline bij zeker drie bejaarden, maar ‘in het soberste scenario zou het kunnen gaan om zeven moorden’ spreekt het NOS Journaal over ‘een 21-jarige Rotterdammer’ en verschijnt er geen foto van de verdachte. Ook zijn initialen of voornaam worden niet genoemd. In dit geval betreft het een man met Surinaamse roots en de voornaam Rahiied A.
(b) Op 2 oktober 2017 begint het 20.00 uur NOS Journaal met de zin: ‘In Las Vegas, een plek die voor veel mensen synoniem is aan entertainment, opent een witte man het vuur op muziekfans.’ De huidskleur van de dader bij deze aanslag, die 59 concertbezoekers het leven kost, wordt in de eerste zin genoemd. De vraag wat het beleid is bij de NOS over het vermelden van ras, etniciteit of religieuze achtergrond beantwoordt hoofredacteur Marcel Gelauff met: ‘Het gaat altijd om relevantie. In dit geval wilden we alles wat we wisten vertellen. Als een nieuwsgebeurtenis dusdanig schokkend is, dan weegt het belang van informeren het hoogst.’
(c) Op 13 oktober 2017 zendt het NOS Journaal een item uit over een probleemwijk in de Zweedse hoofdstad Stockholm. In de wijk bestaat grote overlast door bendes samengesteld uit migranten onder wie geradicaliseerde moslims. Daar blijkt de ‘relevantie’ bij het noemen van ras, etniciteit of religieuze achtergrond niet van belang.
Commentaar van de klagers:
In bovengenoemde drie gevallen maakt het NOS Journaal niet duidelijk in welke gevallen de vermelding van afkomst en ras ‘relevant’ is en is er sprake van willekeur.
Reactie van de NOS:
‘Op relevantie en nieuwswaarde per onderwerp besluiten, betekent dat de afweging per onderwerp tot verschillende uitkomsten kan leiden. Juist vanuit journalistieke zorgvuldigheid.
In het algemeen is het journalistieke beleid dat we die feiten geven die we kennen en relevant achten, zoals bij Faber en Las Vegas is gebeurd. Op het moment van uitzenden van het onderwerp over de zorgmedewerker was bij de verslaggever niets bekend over zijn achtergrond. Van willekeur is dus geen sprake. In een onderwerp zelf duidelijk maken waarom welke keuze is gemaakt is niet gebruikelijk en leidt ook af van de kern van het desbetreffende nieuwsfeit.”
Analyse van de ombudsman:
‘Aantoonbare willekeur in het melden van ras, etniciteit of religieuze achtergrond zou een serieuze zaak zijn. Enkele van de door klagers gegeven voorbeelden gaan echter terug op andere zaken dan willekeur, en waar het niet-melden van achtergronden wél schuurt is het nog maar de vraag of het hier om willekeur – waarmee klagers een vorm van opzet impliceren – gaat.
Er was bij voorbeelden (a) en (b) op het moment van het melden van de diverse nieuwsfeiten verschil in de hoeveelheid beschikbare informatie. Dat leidt uiteraard tot andere informatie in die berichten. Daarbij is het de ombudsman ook nu nog (en zelfs als gelijke hoeveelheid informatie voorhanden was geweest) niet helder wat de relevantie zou zijn geweest om de etniciteit van de zorgmedewerker te melden. Over de keuze voor de term “witte man” in de berichten over Las Vegas is in oktober 2017 ruim gediscussieerd, de ombudsman heeft daaraan nu niets toe te voegen.
Bij het bericht over de probleemwijken in Stockholm had volgens de ombudsman het noemen van achtergronden wel extra informatie op kunnen leveren; het hier niet noemen van de etnische samenstelling van de wijken én van de bendes die die wijken terroriseren was een gemiste kans om nog meer duiding te geven. Want de kijker weet nu niet meer dan dat bewoners en bendes tegenover elkaar staan en de politie behoorlijk machteloos is.
De ombudsman raadt aan om waar mogelijk uitleg te geven over journalistieke keuzes, niet alleen deze. Dat zal vast niet altijd direct in een item zelf kunnen, maar gelukkig is er internet en een rubriek als de Journalistieke Verantwoording.’
Reactie van TKT:
Zoals eerder bij de reactie van de TKT van Klacht 1 en 2 is opgemerkt, dient iedere item waar een mening wordt verkondigd te voldoen aan hoor-wederhoor. Kijkers stemmen niet af op een zoekprogramma. Verwijzen naar de rubriek Journalistieke Verantwoording is geen sterke zet, want daar staan nauwelijks reacties op: van half mei 2017 t/m half mei 2018 zijn dat er welgeteld zes, en dat in een heel jaar! Bovendien, wie leest zoiets?
Klagers willen bij Klacht 5 ook nog het volgende opmerken. Dezelfde 20 november 2017, bij de uitzending van 20.00 uur, besteedt de redactie aandacht aan het overlijden van Mitch Henriquez bij een arrestatie. Over Henriquez is het nieuws die dag dat de betrokken agenten niet worden vervolgd door het OM voor het zetten van een nekklem. Een woordvoerster van het OM komt 15 seconden aan het woord. De tegenpartij mag met twee (!) advocaten van de nabestaanden plus een nabestaande in 55 seconden reactie leveren. Hoe noodlottig het overlijden van ieder mens mag zijn, door het NOS Journaal wordt onevenredig veel aandacht besteedt als het blanke politieagenten betreft en hun slachtoffer donker is. Van de arrestatie met noodlottig gevolg van de 39-jarige blanke Hagenaar Paul Selier, op 2 februari 2018 in Waddinxveen, bestaan videobeelden, maar er is nauwelijks tot geen aandacht van het NOS Journaal voor zijn dood.
Zoals bij schietende politieagenten in de Verenigde Staten, waar de NOS aandacht aan besteedt (zie deel 1 van het Zwartboek), maak je als Latino of blank slachtoffer minder kans om uitgebreid in het NOS-nieuws te komen. Dat is in strijd met de NOS-code: ‘De NOS discrimineert niet.’
Nog enkele recente voorbeelden. Als op 5 mei 2018 een Syrische asielzoeker in Den Haag drie mensen probeert dood te steken, is dat het vierde item van de 18.00 uur-uitzending. Waarom wordt een meervoudige moordaanslag op Bevrijdingsdag door een man die ‘Allahu akbar’ schreeuwt en in de nek en keel steekt van voorbijgangers – waardoor zijn actie alle kenmerken heeft van een terroristische aanslag, en wat ook groot nieuws is – afgedaan door de presentatie met: ‘Het is een bekende van de politie vanwege eerder verward gedrag.’ De afkomst van de slachtoffers wordt niet gemeld, geen ooggetuige komt aan het woord en het commentaar van de autoriteit wordt klakkeloos overgenomen. Het NOS Journaal maakt de indruk dat het op de stoel wil zitten van de autoriteit en die is gebaat bij rust, ook al gaat het ten koste van feiten. De taak van een journalist is die feiten juist naar boven te halen.
Groot is het verschil met een item op 18 maart 2018. Dan opent de journaaluitzending van 20.00 uur met het uitschelden door onbekenden van PvdA-lid Ugbaad Kilincci, een vrouw met een Somalische achtergrond, bij het folderen voor de gemeenteraadsverkiezingen in Emmen. Altijd incorrect, iemand uitschelden, en daar mag best aandacht aan worden besteed. Alleen wordt geen bewijs aangevoerd dat het inderdaad zo is gebeurd als de vrouw heeft verteld. In september 2017 vertelde ze de NOS hetzelfde verhaal. Ook zonder bewijs en ook toen deed zij geen aangifte. Als de volgende ochtend, maandag 19 maart 2018, landelijk bekend is dat vijf Afrikanen in Antwerpen in datzelfde weekeinde twee Nederlandse vrouwen hebben verkracht, besteden de NOS-ochtendjournaals daar geen aandacht aan.
Discriminatie is als je bevolkingsgroepen niet gelijk behandeld. Draai bovenstaande twee voorvallen eens om: zou een verhaal van een autochtone vrouw dat ze is uitgescholden door allochtonen bij het folderen ooit opening van het NOS Journaal halen? En zou de verkrachting door vijf autochtone jongeren van twee Afrikaanse vrouwen met arrestaties, bekentenissen, dus geen reden tot twijfel, zo lang worden doodgezwegen?
De mening van klagers is dat het NOS Journaal discrimineert en voert bovenstaande voorbeelden aan als bewijs.
Klacht 6
Op 20 oktober 2017 meldt het NOS Journaal van 08.00 uur dat oud-president George W. Bush ‘een flinke sneer’ uitdeelt aan de huidige Amerikaanse president Donald Trump.
Er volgt een citaat uit de toespraak van Bush dat volgens de ondertiteling luidt: ‘De Amerikaanse droom van het hogerop komen in het leven, lijkt voor velen buiten bereik. Ze voelen zich achtergelaten in een veranderde economie. De ontevredenheid groeit en verergert de tegenstelingen tussen de partijen. Schijnheiligheid wordt aangemoedigd. De politiek lijkt kwetsbaarder voor samenzweringstheorieën en leugens.’
Een voorafgaande zin is door het NOS Journaal geschrapt: ‘In recent decades, public confidence in our institutions has declined.’Bush spreekt in zijn speech over ‘recente tientallen jaren’ waarin het vertrouwen van het publiek in de officiële instanties is gedaald. Bush spreekt in de verleden tijd. Het NOS Journaal vertaalt in de tegenwoordige tijd: ‘De ontevredenheid groeit en verergert de tegenstellingen tussen partijen.’
Commentaar van de klagers:
Het NOS Journaal geeft niet objectief weer hetgeen is gezegd door te knippen in essentiële onderdelen van de speech en in de vertaling. Onder ‘recente tientallen jaren’ waarover Bush spreekt, vallen de negen maanden dat Trump president is, maar zeker de acht jaar Obama (20 januari 2009 - 20 januari 2017) en de acht jaar George W. Bush (20 januari 2001 - 20 januari 2009). Met wisseling van tijd wordt duidelijker gewezen naar de huidige president.
Hier is geen sprake van objectieve informatie maar van desinformatie, wat in strijd is met de NOS-code ‘zorgvuldigheid’ en ‘objectiviteit’.
Reactie van de NOS:
‘Een andere journalistieke keuze dan de uwe betekent niet dat wij aan desinformatie doen. Compleet zijn kan vrijwel nooit. Samenvatten is onvermijdelijk.
Opmerkelijk en relevant is dat Bush ervoor kiest deze woorden op het desbetreffende moment uit te spreken. Uit uw citaat blijkt dat deze zinnen over het nu gingen.’
Analyse van de ombudsman:
‘Klagers spreken hier van het “schrappen” door de NOS van specifieke zinnen in de speech van voormalig president Bush. Echter, schrappen houdt in dat iets eerst wel was opgenomen en later (om enige reden?) niet meer. Hier wordt niets geschrapt dat eerder wel was opgenomen, hier wordt een keuze gemaakt uit dat wat in een speech wordt gezegd. Er is in de uitgezonden passage niet geknipt, het is een aaneengesloten fragment uit de speech.
Klagers zouden, gezien hun commentaar, een andere keuze hebben gemaakt dan de NOS, en impliceren dat deze keuze van de NOS de berichtgeving onzorgvuldig en subjectief maakt.
Klagers hebben gelijk dat de NOS één zin in de tegenwoordige tijd vertaalt waar Bush in de verleden tijd spreekt. Waarom dat gebeurt is niet meer helder te krijgen, de zinnen om deze zin heen worden in de tegenwoordige tijd uitgesproken en zo ook vertaald. “Met wisseling van tijd wordt duidelijker gewezen naar de huidige president” stellen klagers in hun toelichting. Bedoelt men dan dat in het citaat (en in de hele speech) alles in de tegenwoordige tijd naar het heden wijst en zinnen in de verleden tijd naar het verleden? Maar de speech is niet zo plat in zijn werkwoordstijd-verwijzingen.
Wie de gehele speech (16 minuten 48 seconden, wat voor een televisiejournaal samenvatten noodzakelijk maakt) nakijkt of -leest, merkt dat er op veel momenten subtiel en minder subtiel gespeeld wordt met heden, verleden en bijbehorende werkwoordvervoegingen. Van handelspolitiek tot immigratie, Bush spreekt – heel veel in de tegenwoordige tijd – zijn zorgen uit over ontwikkelingen, die volgens hem doorlopen tot in het heden. Bush sluit in zijn tekst nóch zichzelf nóch zijn voorganger of opvolgers uit van invloed op die ontwikkelingen maar hij situeert zijn zorg overduidelijk in het nu met frases als “There are signs...”en “We need to…”,en een passage als “People are hurting. They are angry. And, they are frustrated. We must hear them and help them. But we can’t wish globalization away, any more than we could wish away the agricultural revolution or the industrial revolution.”
Met zijn timing en onder meer zinnen als deze maakt Bush zijn “flinke sneer” naar de zittende Amerikaanse regering.’
Reactie van TKT:
De reactie van de NOS is niet erg duidelijk. De stelling: ‘Compleet zijn kan vrijwel nooit. Samenvatten is onvermijdelijk’ betekent niet dat de context geweld mag worden aangedaan.
De ombudsman levert hier selectief commentaar. Haar betoog over ‘schrappen’ is mij niet duidelijk. Natuurlijk is er geschrapt door uit de toespraak het bewuste citaat van Bush ‘In recent decades, public confidence in our institutions has declined’weg te halen. De woorden die erop volgen zijn zo uit de context gerukt. Verder is de waarheid geweld aangedaan door een zin uitgesproken in de verleden tijd om te zetten in de tegenwoordige tijd. De ombudsman is het blijkbaar niet opgevallen dat volgens de NOS een ‘flinke sneer’ is uitgedeeld aan Donald Trump, maar diens naam in de hele toespraak van Bush niet één keer wordt genoemd.
Dit geval staat niet alleen, zo blijkt uit de volgende klacht.
Klacht 7
(a) In de NOS-uitzending van 11 januari 2017 wordt bericht over een ‘betrouwbare’ Britse oud-geheim agent die beweert dat er videobeelden bestaan van de net gekozen president Trump met prostituees in een hotelkamer in Moskou. NOS-correspondent Wouter Zwart spreekt over een ‘explosief gedeelte’, het urineren over het bed, maar sluit zijn bijdrage af met de mededeling dat er ‘geen bewijzen’ zijn.
(b) Het NOS Journaal van 8 september 2014 toont BBC-journalist John Sweeney die president Poetin een vraag stelt over de Russische steun aan de opstandelingen in Oost-Oekraïne. De kijker hoort van de presentator dat Poetin de vragensteller ‘zo goed als genegeerd heeft’. Hierdoor ontstaat het beeld dat Poetin geen antwoord wil geven en zo expliciet schuld op zich laadt. Op onversneden opnamen spreekt Poetin de BBC-verslaggever wel uitgebreid.
(c) Na een aanslag op 3 juni 2017 in Londen waarbij acht doden vallen, snijdt het NOS Journaal-uitzendingen uit de verklaring van de Britse premier Theresa May de woorden ‘islamitisch terrorisme’.
Commentaar van de klagers:
‘Het NOS Journaal tornt in alle drie de voorbeelden – uitgestrekt over langere periode – aan de eigen NOS-code ‘zorgvuldigheid’ en ‘objectiviteit’, waardoor de kijker onjuist wordt voorgelicht over de opinie van belangrijke wereldleiders. (a) Het vinden van bewijzen is het werk van een journalist als Wouter Zwart. Op 24 oktober 2017 heeft The Washington Post bekendgemaakt dat het team van opponent Hillary Clinton en de Democratische partij deels het onderzoek van de spion hebben betaald, maar de kijker krijgt de correctie nooit te horen en te zien. (b) NOS Journaal-hoofdredacteur Marcel Gelauff biedt geen excuses aan maar twittert naderhand dat het ‘niet erg handig’ was, maar de kijker wordt niet geïnformeerd. (c) De daders zijn wel degelijk islamitische terroristen.”
Reactie van de NOS:
‘M.b.t. Trump en Rusland: Al aan het begin van het desbetreffende onderwerp wordt gezegd dat er geen bewijzen zijn voor de bewering en weerspreekt Trump de beschuldiging zelf. Dat vermeldt u niet.
Het item zelf en de plaats ervan in de uitzending worden gerechtvaardigd door de explosiviteit van het onderwerp (immers: een aankomend president die chanteerbaar zou zijn). Relevant hierbij was dat nog voor zijn beëdiging de relatie van Trump met de pers is beschadigd.
M.b.t. Putin: de hoofdredactie heeft hier eerder en herhaaldelijk over gezegd dat de door ons gekozen tekst anders en duidelijker had gemoeten. Maar uw samenvatting is onjuist. Ons onderwerp in het desbetreffende NOS Journaal betrof de vraag of Rusland verantwoordelijk is voor het neerhalen van de MH 17. Toen de BBC-verslaggever Putin vroeg naar zijn verantwoordelijkheid voor de oorlog in Oekraïne (en daarbij verwees naar o.a. Nederlandse doden) gaf Putin eerst enkele algemene, tamelijk vage antwoorden en liep na een volgende vraag weg.
M.b.t. May: de hoofdredactie heeft eerder gezegd dat de uitspraken van May anders samengevat hadden moeten worden. Wij hebben overigens niet gesuggereerd dat het geen islamitische terroristen waren.’
Analyse door de ombudsman:
‘De ombudsman constateert dat klagers onvolledig en selectief citeren (voorbeeld (a)) of wijzen op door de hoofdredactie al eerder geconstateerde, openbaar toegelichte en betreurde onzorgvuldigheden en fouten (voorbeeld (b) en (c), beide gecorrigeerd en/of besproken dicht na uitzending en ruim vóór het toezenden aan de ombudsman van de hier behandelde klachtenreeks). Een nieuw oordeel van de ombudsman is op deze punten niet nodig.
Klagers hebben gelijk dat het ook de taak van een correspondent is om onderzoek te doen, naast het op de dag dat nieuws breekt allereerst berichten over dat nieuws met zoveel mogelijk informatie als voorhanden is. Dat deed Zwart in het hier door klagers onder (a) gewraakte item.
Klagers hebben ongelijk dat Zwart (of de collega’s in Washington en Hilversum) daarna niet meer hebben laten horen of zien hoe de zaak rond de spion in elkaar zat, een simpele zoekopdracht op internet volstaat om het tegendeel te laten zien. De ombudsman krijgt juist regelmatig van kijkers de vraag of het niet een tandje minder kan met de hoeveelheid berichtgeving over president Trump en allerlei (on)mogelijke Russische banden.’
Reactie van TKT:
Door het spuien en herhalen van verdachtmakingen die nergens worden gestaafd maakt het NOS Journaal zich medeschuldig aan het verspreiden van nepnieuws. Iedere journalist heeft een eigen verantwoording. Door bij het begin te roepen dat het allemaal ‘hear say’ is, dat er geen harde bewijzen zijn en dat Trump de beschuldiging tegenspreekt, doet daar niks aan af. Met deze handelswijze kun je iedere politicus beschuldigen (‘explosief gedeelte’) van het laten onder pissen van een bed en jezelf als journalist vrijpleiten. Onderzoeksjournalistiek wordt met deze werkwijze een fluitje van een cent. Verwijzen naar het internet (zoals de ombudsman ook bij Klachten 1, 2 en 5 doet) voor een weerwoord blijft een zwak excuus. Voor veel Nederlanders is het NOS Journaal de enige nieuwsbron, betaald uit algemene middelen waar bovendien veel geloofwaardigheid aan wordt gehecht.
Klacht 8
Het NOS Journaal zendt op donderdag 12 oktober 2017 het item uit: ‘Alle huizen gasloos maken “gigantische maar haalbare” opgave’, waarin een zekere Ingrid het woord voert.
Commentaar van de klagers:
Aan de kijker wordt niet gemeld dat Ingrid werkzaam is als businessontwikkelaar bij Alliander Duurzame Gebiedsontwikkeling, de poot van energiebedrijf Alliander met als doel ‘open netwerken te realiseren voor transport en distributie van duurzame en lokale energie’. Verder maakt Ingrid professionele vlogs die de transitie van gas naar andere energiebronnen bij de Nederlanders moeten stimuleren. Dit is in strijd met de vereiste ongebondenheid en onafhankelijkheid.
Reactie van de NOS:
‘U zou gelijk hebben als wij een maatschappelijk of politiek doel hadden met het aan het woord laten van deze Ingrid. Daar is geen sprake van. Laat onverlet dat haar achtergrond genoemd had moeten worden.’
Analyse van de ombudsman:
‘Het zó opvoeren van deze mevrouw, zonder vermelding van de professionele achtergrond, is niet goed geweest. Dat geeft de hoofdredactie al aan.
Hier is onvoldoende gecheckt. Was hier wel of beter gecheckt, dan had de keus op een andere spreker moeten vallen.’
Reactie van TKT: Niks aan toe te voegen.
Klacht 9
(a) Op 31 oktober 2017 bij de NOS Journaal-uitzending van 13.00 uur citeert de presentatie uit een nieuw verschenen rapport van de mensenrechtenorganisatie Amnesty International. ‘Op speciale terrorisme-afdelingen in Nederlandse gevangenissen worden gedetineerden onmenselijk behandeld. Dat blijkt uit onderzoek van onder meer Amnesty International.’ Het weerwoord in het NOS Journaal in de uitzending bestaat uit de commentaarzin: ‘De gevangenissen laten weten dat ze veranderingen willen doorvoeren, maar dat is niet genoeg volgens Amnesty.’
(b) Een item op 7 november 2017: in de uitzending van 20.00 uur beargumenteert minister voor basis- en voortgezet onderwijs Arie Slob (CU) waarom leraren minder loonsverhoging krijgen dan is beloofd. Het weerwoord bestaat ditmaal uit drie personen, sprekend opgevoerd: Eugenie Stolk (PvdA) van de Algemene Onderwijsbond, Rinda den Besten (PvdA) van de PO Raad, de sectororganisatie voor het basis-en speciaal onderwijs, en Tweede Kamerlid Jesse Klaver (GL).
(c) Over het niet melden in het register van de Tweede Kamer van een appartement in Scheveningen ter waarde van minimaal 135.000 euro aan D66-fractievoorzitter in de Tweede Kamer Alexander Pechtold besteedt het NOS Journaal op 18 december 2017 alleen aandacht in de nauwelijks bekeken late uitzending om middernacht. De hele volgende dag, inclusief de uitzending van 15.00 uur, focust het NOS Journaal op D66-Tweede Kamerlid Joost Sneller met het voorstel over ‘designated survivors’. Bij de uitzending van 18.00 uur en de uitzending van 20.00 uur, dus ruim 24 uur na de eerste berichten, volgt een eigen verslag van het NOS Journaal. De presentatie begint met de ontkenning: ‘D66-leider Pechtold vond dat hij niks verkeerds heeft gedaan toen hij een appartement kreeg van een vriend.’
Commentaar van de klagers:
Bij bovengenoemde items sijpelt de voorkeur van de NOS-redactie voor organisaties en politieke partijen door. (a) De mening van een organisatie als Amnesty International krijgt geen serieus weerwoord in de uitzending. Terrorismedeskundige Edwin Bakker van de Universiteit Leiden zal in de Telegraaf een dag later zeggen: ‘Amnesty heeft zich voor het karretje laten spannen van extremisten.’ Een ex-gedetineerde van deze AT-afdeling noemt het rapport ‘ideologische apekool’. (b) Een minister van christelijke huize wordt door maar liefst drie personen van linkse politieke kleur aangevallen. En (c) een linkse politicus wordt uit de journalistieke wind gehouden. Pechtold krijgt tot tweemaal toe de gelegenheid zich uit te spreken. De politicus die bezwaar aantekent tegen de gang van zaken, PVV-leider Geert Wilders, slechts éénmaal. Een werkwijze die in strijd is met de NOS-code ‘objectiviteit’.
Reactie van de NOS:
‘Uit de vergelijkingen van enkele onderwerpen die u maakt (zonder aandacht te besteden aan de individuele afwegingen) kan natuurlijk deze verregaande conclusie niet zomaar even worden getrokken. Daar ontbreekt elke deugdelijke grondslag voor.’
Analyse door de ombudsman:
‘Genoemde voorbeelden zijn van zeer verschillende aard en de ombudsman kan ze niet zomaar onder dezelfde noemer – voorkeur voor organisaties en politieke partijen – beoordelen.
a) Het Amnesty-rapport is onderwerp van het nieuws en als zodanig het onderwerp van de berichtgeving. Maar – zoals wel vaker met rapporten die een uitzending halen – zou de ombudsman wat meer duiding en achtergrond hebben willen zien. De ombudsman kan uit een enkel bericht niet opmaken of de NOS hiermee een voorkeur tentoonspreidt voor Amnesty International. Wel dat graag meer duiding en uitgebreider wederhoor verwerkt was.
b) Bij dit onderwerp is weerwoord gebruikt van drie verschillende gremia: een vakbond, een koepelorganisatie en de politiek. Dat de vertegenwoordigers van de vakbond en de koepelorganisatie ook hun wortels aan de linkerkant van het politieke spectrum hebben diskwalificeert hen niet automatisch als vertegenwoordigers van hun respectievelijke organisaties, en dát is hoe ze opgevoerd worden. Geeft de NOS hiermee blijk van een voorkeur voor links? Eerder geeft het aan dat in de diverse onderwijsorganisaties veel mensen met progressieve achtergrond werken (of voormalige linkse politici).
Duwt de GroenLinks-politicus het item dan alsnog over de linkse rand? Hier had eventueel een andere oppositiestem gezocht kunnen worden, al was de kans dat die ook van de linkerkant zou zijn gekomen meer dan levensgroot.
c) Het wekt wellicht verbazing bij de kijker dat een uitgebreid item over ‘appartement- gate’ in de tv-journaals een dag op zich laat wachten. Op de website en in de radio-bulletins is er wel aandacht voor geweest, dus genegeerd heeft de NOS het niet. Klagers stellen dat hier een linkse politicus uit de wind gehouden wordt. Nu kan er gediscussieerd worden in hoeverre D66 een linkse partij is, maar soit! Essentie van het item is dat de Tweede Kamer zélf niets aan de regels voor het melden van schenkingen wil veranderen. Een van de geïnterviewde politici zegt op de vraag of er geen sancties zouden moeten komen “De sanctie is dat u hier staat en kritische vragen stelt, en we weten allemaal dat dat een keer kan gebeuren”, waarop de journaalpresentator het bruggetje naar een volgend item maakt met de tekst: “Er is ook een andere politicus in opspraak.”
Dat is wat beklijft: een politicus in opspraak. Bekijken van het hele item onderbouwt de suggestie van uit de wind houden niet, dat kan sowieso niet worden geconcludeerd simpelweg op basis van de frequentie waarmee de politici aan het woord komen.’
Reactie van TKT:
Het weerwoord van de NOS als de ombudsman is onvoldoende. De sprekers in het NOS Journaal vormen vaker geen afspiegeling van de Nederlandse samenleving of politiek.
Klacht 10
De NOS-website van 28 november 2017 toont een foto van de Arena in Amsterdam die is bewerkt – wat niet wordt gemeld.
Commentaar van de klagers:
Een nep-foto.
Reactie van de NOS:
‘Het lijkt me evident dat het hier een (speelse) weergave betreft, die een indruk geeft hoe de Arena eruit zou kunnen gaan zien. Nepnieuws is heel wat anders.’
Analyse van de ombudsman:
‘Ook scherpe kwalificaties (‘nep’ in een nieuwsbericht) worden bot als je ze te veel of te onpas gebruikt. Hier is in een bericht over een aanpassing op de gevel van een bestaand gebouw een soort artist’s impression gebruikt waarvan de lezer van het bericht direct doorheeft dat het gebouw er nog niet zo uitziet. Niet ongebruikelijk in een makelaarsfolder of een make-over-bouwprogramma. Ongepast bij dit nieuwsbericht? Nee. En indoctrinerend vindt de ombudsman het niet.’
Reactie van TKT:
Hoe men het ook wendt of keert: het blijft een nepfoto op een nieuwssite. Dat de foto in de woorden van de ombudsman een ‘artist’s impression’ betreft, doet niets af aan de manipulatie. De nieuwsconsument moet ervan uit kunnen gaan dat niet is gerommeld met het beeldmateriaal. Punt uit.
Klacht 11
NOS Teletekst bericht op 4 december 2017 over de Amerikaanse travel ban.
Commentaar van de klagers:
De kop spreekt over ‘moslims’, terwijl het over inwoners gaat van de landen Tsjaad, Iran, Libië, Somalië, Syrië en Jemen. Daar wonen ook mensen met andere religies. Daarbij worden twee landen, Noord-Korea en Venezuela, die ook onder de travel banvallen niet genoemd. Twee grote fouten in één stukje tekst is in strijd met de NOS-code ‘accuraat’.
Reactie van de NOS:
‘Zie klacht 4.’
Analyse van de ombudsman:
‘Koppen dienen met zorg gemaakt te worden, tekst mag niet te kort zijn. Zie ook de analyse van klacht 4.’
Reactie van TKT:
Er zijn meer klachten over de werkwijze van NOS Teletekst. Op 25 april 2018 noemt NOS Teletekst uitgeprocedeerde asielzoekers die 20 woningen hebben gekraakt in Amsterdam-Oost ‘een groep migranten zonder reispapieren’. Dat is in strijd met de NOS-code ‘zorgvuldigheid en betrouwbaarheid’.
Op 5 april 2018 wijst De Telegraaf-journalist Wouter de Winther bij een item over rookruimtes in de horeca aan hoe NOS Teletekst de scoop afsnoept door in exact dezelfde tekst de bron ‘De Telegraaf’ te veranderen in ‘Haagse bronnen melden aan de NOS’.
Op 10 april 2018 klaagt RTRL-journalist Koen de Regt op zijn beurt over een NOS Teletekst-bericht aangaande de dood van een medewerker van een tbs-kliniek. ‘Zul je altijd zien, dat het regeltje “zo meldt RTL Nieuws” er net af valt.’
Beide laatste gevallen kun je scharen onder schending van de NOS-code ‘ongebondenheid’, want wat maakt het uit wie het nieuws brengt? De NOS of een concurrent? Als de feiten maar kloppen. Het ‘pikken’ van nieuwtjes verraadt gemakzucht. Het is journalistieke ‘fair play’ om de eer te geven aan degene die het eerst het nieuws brengt en pas het bericht onder eigen naam te brengen als er een wezenlijke toevoeging volgt.
Klacht 12
Op 5 december 2017 plaatst de NOS-site een foto van een slachtoffer van een Syrische luchtaanval bij een artikel over een aanval door Israëlische gevechtsvliegtuigen.
Commentaar van de klagers:
Dit is in strijd met de code ‘zorgvuldigheid’.
Reactie van de NOS:
‘Die foto was inderdaad onjuist en is ook onmiddellijk gerectificeerd.’
Analyse van de ombudsman:
‘Dit was een fout en de foto is zeer kort na plaatsing vervangen. Een rectificatie is dezelfde dag geplaatst in de herstelrubriek, zie hieronder. Hier is een nieuw oordeel van de ombudsman overbodig.’
Reactie van TKT:
Opvallend blijft dat zo’n foto wordt gekozen en pas wordt veranderd na felle protesten.
Klacht 13
Op de NOS-site van 14 december 2017 staat bij de petitie voor kinderpardon van oud-GroenLinks-parlementariër Tofik Dibi, een link naar de actie.
Commentaar van klagers:
De link is in strijd met de NOS-code ‘objectiviteit’.
Reactie van de NOS:
‘Verwijzen naar achterliggende informatie of bronnen is gebruikelijk.’
Analyse van de ombudsman:
‘De ombudsman vindt dat de NOS zeer frequent mag – en liever zelfs móet – linken naar bronnen, dan kan de nieuwsconsument ook checken waar informatie vandaan komt of naar verwijst, en dat komt de transparantie in berichtgeving ten goede. Graag ziet de ombudsman ook eens een aflevering in de serie Journalistieke Verantwoording over het omgaan met, vermelden van en linken naar bronnen.
De ombudsman wil in de toekomst een uitgebreid onderzoek doen naar de wijze van en consistentie in verwijzing naar bronnen in NOS- en andere nieuwsprogramma’s om breder inzicht te krijgen en daarna geven in rol van bronvermelding in de journalistieke producties van de publieke omroepen.’
Reactie van TKT:
Volgens klagers is de verwijzing in strijd met de NOS-code ‘objectiviteit’. Want waarom wel een link naar een petitie die vóór een kinderpardon pleit, maar niet/nooit een link voor een actiegroep of politieke partij die zich juist verzet tégen het kinderpardon? Want die zijn er ook.
Klacht 14
Op 18 december 2017 schrapt men op de website van de NOS over de beveiliging van een kerstmarkt in Boedapest, Hongarije, twee zinnen: ‘Het risico op aanslagen is volgens kenners uiterst klein. Hongarije houdt asielzoekers tegen en er zijn vrijwel geen immigranten met een islamitische achtergrond in het land.’
Voor (bron Geen Stijl):
Na:
Commentaar van de klagers:
De wijziging komt na commentaar van professor migratie Leo Lucassen die op Twitter roept: ‘Kan iemand bij de NOS paragraaf 2 even herschrijven?’
Het ingrijpen na een berichte van Lucassen is in strijd met de eigen NOS-code: ‘ongebondenheid’. Want feitelijk is er niets mis mee.
Reactie van de NOS:
‘U citeert de eerste versie van het bericht. In een latere versie is het bericht verder uitgewerkt en zijn de desbetreffende zinnen toegeschreven (dus niet verwijderd, zoals u schrijft), waardoor de lezer meer inzicht krijgt in de visie en afwegingen van de Hongaarse regering. Zo is deze alinea opgenomen:
“De Hongaarse regering zei in het verleden een strikt immigratiebeleid te voeren om aanslagen te voorkomen. Ook zei premier Orban eerder dat migratie ‘het Trojaanse paard van terrorisme’ is gebleken. Volgens hem wordt Europa’s ‘christelijke identiteit’ bedreigd door de islam.”
Bij een bericht over anti-terreurmaatregelen in een hoofdstad is die context een zinvolle toevoeging.
Overigens lijkt het me in het algemeen juist van journalistieke kracht en zorgvuldigheid getuigen als we na verloop van tijd een bericht aanpassen en verder uitwerken, ook als we kritische opmerkingen van buiten of van wie dan ook als valide beoordelen. Alleen van de eigen perceptie uitgaan, leidt niet tot optimale kwaliteitsvolle journalistiek.’
Analyse van de ombudsman:
‘De zin “Het risico op aanslagen is volgens kenners uiterst klein” is in de latere versie van het artikel niet meer opgenomen (zie bovenstaande afbeeldingen). Geen verlies gezien de vaagheid ervan: wie zijn die “kenners” en waar baseren ze zich op? De ombudsman ziet dit soort zinnen liever gaan dan komen. Er is extra informatie toegevoegd aan het bericht, inhoud noch strekking zijn gewijzigd.
Ook een tweede zin zou geschrapt zijn, zeggen klagers en sturen de ombudsman een screenshot van de aangepaste versie. Die is echter misleidend. Het aan de ombudsman gestuurde screenshot houdt op bij alinea twee terwijl de volgens de claim geschrapte tweede zin in deze latere versie van het bericht in alinea 4 is terechtgekomen (zie afbeelding hieronder).’
Reactie van TKT:
De oorspronkelijke klacht dat Leo Lucassen met succes de redactie aanschrijft blijft overeind staan.
Klacht 15
Over de oorlog in Syrië, die tussen 2012 en 2016 een dieptepunt heeft bereikt bij de strijd om de stad Aleppo, haalt het afwerpen van vatbommen door de Syrische strijdkrachten en de gevolgen daarvan voor burgers met regelmaat het nieuws. Zoals op 13 februari 2017 in de uitzending van 20.00 uur: ‘Syrië haalt alles uit de kast om Oost-Aleppo te heroveren.’ Op 17 november 2017 concludeert een onderzoek van The New York Times dat bij 1 op de 5 bombardementen burgerdoden vallen, terwijl de coalitie beweert dat dit het geval is bij 1 op de 157. Ook zouden volgens de coalitie bij 14.000 ‘sorties’ slechts 89 burgerslachtoffers zijn omgekomen.
Commentaar van de klagers:
Bij bombardementen door de Syrische en de Russische luchtmacht wordt door het NOS Journaal een andere standaard gehanteerd dan bij bombardementen waarbij Nederlandse vliegtuigen zijn betrokken. Op de NOS-website wordt op 17 november 2017 het nieuws van de vele burgerdoden door coalitie-bombardementen wel vermeld. Er wordt zelfs een tweede bron opgevoerd, namelijk onderzoeksorganisatie Airwars, die 5.961 doden telt. Maar de NOS Journaals van die dag, waar de meeste mensen naar kijken en die ook de meeste invloed hebben, zwijgen over dit onderzoek. De uitzending van 14.00 uur meldt de verovering van stad Rawa op IS. De uitzending van 20.00 uur bevat een item over terugkerende IS-vrouwen. Niet één zin wordt gewijd aan de enorme schade onder burgers in Irak en Syrië door westerse strijdkrachten wat in strijd is met de eigen code van ‘objectiviteit’ en ‘zorgvuldigheid’.
Reactie van de NOS:
‘In de loop der jaren hebben wij honderden berichten en onderwerpen over de oorlog in Syrië, de slachtoffers en de schade gemaakt. Uw conclusie mist een deugdelijke grondslag.’
Analyse van de ombudsman:
‘De klagers richten zich bij hun klachten vooral op de televisie-uitzendingen van de NOS. Zij klagen in den brede over de NOS-nieuwsvoorziening maar doen dat op basis van een gedeelte van de totale berichtgeving. Dat oogt en is selectief. Bij andere klachten in dit overzicht is al opgemerkt dat de NOS uit meer bestaat dan de journaals op televisie. Niet alles hoeft in een tv-uitzending te zitten om toch gemeld, geduid en toegelicht te zijn. De online, mobiele, social media en radiokanalen hebben misschien niet 100% gelijkwaardig bereik als de tv, maar dat evenwicht komt er snel aan.
De NOS meldt de informatie van de New York Times, dat stellen klagers zelf vast, en voegt daar nog informatie aan toe, zij het die dag niet op tv – wat een omissie of foute keuze gevonden kan worden. Maar klagers kunnen niet volhouden dat de NOS er “niet één zin” aan wijdt.’
Reactie van TKT:
De NOS dient vaak als brievenbus voor het Nederlandse ministerie van Defensie. Zoals op 13 april 2018 wanneer wordt gemeld dat door de Nederlandse bombardementen in Irak en Syrië geen burgerslachtoffers zijn gevallen. Er is geen aanvullende informatie van experts die zeggen dat zoiets onmogelijk is na te gaan en statistisch zeer onwaarschijnlijk is. Ook wordt niet verwezen naar bestaande bronnen en is de houding van het NOS Journaal niet anders dan de vaderlandse verslaggeving in eerdere oorlogen, denk daarbij aan de oorlog in Nederlands-Indië. Het niet melden of onderzoeken van mensenrechtenschendingen voelt voor de TKT aan als discriminatie. Want waarom wel regelmatig aandacht aan een ongeluk met een mortiergranaat in Mali of Afghanistan waarbij Nederlandse slachtoffers vallen (prima overigens, die aandacht), maar geen of nauwelijks NOS-zendtijd over burgerslachtoffers door Nederlands optreden?
De aanloop naar de westerse bombardementen op Syrië na ‘een gifgasaanval’ blinkt uit in vooringenomenheid. Zo wordt bij de 13.00 uur-uitzending van 12 april 2018 en om 20.00 uur (twee dagen voor de aanval) geen snipper Russisch of Syrisch weerwoord gehoord. Terwijl dat er wel is, zoals VRT Nieuws dezelfde dag aantoont. De respons in de dagen erna staat in geen verhouding tot de airtime die de westerse partijen krijgen. Deze werkwijze is in strijd is met de NOS-code ‘objectiviteit’ en ‘pluriformiteit’.
Klacht 16
Op 10 november 2017 in de uitzending van 20.00 uur meldt het NOS Journaal: ‘De NAVO is te zwak om de Baltische staten te verdedigen tegen Rusland.’
Commentaar van de klagers:
De bron is de Adviesraad Internationale Vraagstukken onder voorzitterschap van oud-secretaris-generaal van de NAVO J.G. de Hoop Scheffer. Er volgt geen weerwoord of opmerking. Bijvoorbeeld de opmerking dat de NAVO-landen twaalfmaal meer uitgeven aan defensie dan Rusland. Deze werkwijze is in strijd met de NOS-code ‘zorgvuldigheid en objectiviteit’. Om met schrijver Godfried Bomans te spreken: ‘Iets constant verzwijgen is ook een vorm van indoctrinatie.’
Reactie van de NOS:
‘Ik kan me voorstellen dat het goed is vaker aandacht te besteden aan de verhoudingen tussen Oost en West. Het bericht dat u aanhaalt, is feitelijk juist. Dat bestrijdt u ook niet.’
Analyse van de ombudsman:
‘De klagers richten zich, zoals eerder al gesteld, vrijwel exclusief op de televisie en stellen dat de NOS met dit bericht onzorgvuldig en niet objectief is. Het bericht in het NOS Journaal van 20.00 uur is inhoudelijk echter correct. Maar wel veel te kort om tot beter begrip te kunnen leiden. Dit bericht bevat de uitspraak van een adviesorgaan van de regering in de vorm van een zogenoemd ‘kortje’, een bericht van in dit geval 17 seconden. Te veelomvattend en met te veel implicaties om in vier zinnen af te doen, in een bericht dat geen ruimte heeft voor duiding of diepgang.
De ombudsman zou zeggen: niet proberen dit soort complexe verhalen in een ‘kortje’ in je televisiejournaal te stoppen. Pak er op televisie ook mee uit, en als dat niet kan omdat er groter nieuws is, geef die 17 seconden daar dan ook aan. Maak in alle gevallen een goede analyse en zet die op je website. Hetgeen de NOS ook doet op die dag. Van het ‘constant verzwijgen’ dat de klagers veronderstellen is dus geen sprake.’
Reactie van TKT:
Het verwijt van de klagers blijft overeind dat het NOS Journaal nooit in een uitzending het zeer relevante journalistieke gegeven noemt dat de NAVO-landen twaalfmaal meer uitgeven aan defensie dan Rusland.
Het NOS Journaal kiest in de ogen van de klagers de politieke zijde van de NAVO en NAVO-landen. De Turkse aanval, van half januari tot half maart 2018, op de Noord-Syrische stad Afrin – let wel een NAVO-lid valt een ander land binnen zonder dat het zelf wordt aangevallen – is nauwelijks verslagen.
Terwijl beelden van verwoesting en huilende mensen als slachtoffer van Syrische en Russische troepen in Syrië met regelmaat worden getoond (let wel: daar is niets mis mee), zijn dramatische beelden als gevolg van de Turkse aanval achterwege gebleven. Goede en tweezijdige informatie is essentieel tegen de fog of war en desinformatie in tijden van oorlog.
Lees de eerdere uitgebreide afleveringen:
Zwartboek NOSjournaal 1e vangst
Zwartboek NOSjournaal 2e vangst
Zwartboek NOSjournaal 3e vangst
Zwartboek NOSjournaal 4e vangst
Zwartboek NOSjournaal 5e vangst
op Twitter: @arnoldkarskens
op Facebook
Steun de stichting Onderzoek Oorlogsmisdaden
Nodig Arnold uit voor Spreekbeurt of Masterclass
2020. Voor verraders zou geen plaats zijn...(ism Cees van Hoore). Het ontluisterende verhaal over de vervolging van WO2-misdadigers in Nederland tussen 1945 en 2020. Bestel
2019. Alle pijn van de wereld. Een roman over oorlogsverslaggeving die de kern én de gevolgen van een goddelijke gekte blootlegt. Bestel
2020/2019/2018/2017. Een opzienbarende verzameling van fouten, halve waarheden en hele misleidingen door de NOS. Gratis te lezen op de weblog.
2018. Operatie laat niets in leven. (ism Henk Willem Smits) Het bizarre leven van Guus Kouwenhoven, Nederlands grootste oorlogsmisdadiger van de laatste decennia. Bestel
2018: Nepnieuws explosie. Desinformatie in de Nederlandse media (bijdrage). Bestel
2016. Help, er staat een terrorist in mijn keuken - tips en overlevingslessen bij een terreuraanslag thuis, op het werk of op het terras. Bestel
2009. Het verhaal van Nederlanders die vochten onder vreemde vlag.
2002. Een overlevingshandboek voor journalisten, hulpverleners en avonturiers.
2001. Pleisters op de ogen, pleister op de mond. De geschiedenis van de Nederlandse oorlogsverslaggeving van Heiligerlee tot Kosovo.
1995. Autobiografische verhalen uit de oorlog.
Voor de volledige lijst zie KB.nl of Klik hier voor meer info over deze boeken