Dat zo veel buitenlandse oorlogsmisdadigers het recht in Nederland ontlopen is geen moedwil maar het gevolg van een 'achterhaalde en beperkte wetgeving', is de ontluisterende mening van de officieren van justitie Ward Ferdinandusse en Hester van Bruggen die ik sprak. Het tweetal stuurt het Team Internationale Misdrijven aan, onderdeel van het landelijk parket in Rotterdam Ward Ferdinandusse: 'Exemplarisch zijn de zaken tegen Rwandese oorlogsmisdadigers. Hier kunnen we hen niet vervolgen voor genocide, we kunnen hen niet vervolgen wegens misdrijven tegen de menselijkheid en evenmin uitleveren aan Rwanda. Vaak hebben we geen rechtsmacht.'
De vervolging beperkt zich tot één hoger beroepzaak, tegen de Rwandese Joseph Mpambara die in 1998 asiel aanvroeg. Tijdens de genocide trok hij zeven vluchtende Tutsi's uit een ambulance en hakte ze dood. In eerste aanleg is hij veroordeeld tot 20 jaar.
De laatste drie jaar zijn geen nieuwe rechtszaken tegen oorlogscriminelen aangespannen. Officier Hester van Bruggen wijst op de praktische problemen. De Immigratie- en Naturalisatie Dienst IND noteert wel dat sommige asielzoekers bij aankomst verdacht zijn, zogenaamde 1F-gevallen, maar vaak is er geen bewijs of is die heel moeilijk boven water te krijgen. 'Het zijn cold cases waar je mee bezig bent. Getuigen zijn getraumatiseerd en vaak laat het geheugen hen in de steek, want het is jaren geleden gebeurd.'
Het grootste obstakel voor het tweetal is de Wet Internationale Misdrijven WIM uit juni 2003. Die moest het mogelijk maken ernstige schenders van internationaal humanitair recht die zich ophouden in Nederland, te vervolgen. De wet is nooit toegepast omdat de meeste misdaden zijn gepleegd voor de wet in werking trad en de wet geen terugwerkende kracht heeft. Hester van Bruggen: 'Daarnaast kennen rechters vaak ook het land niet waarover ze moeten oordelen. Afghanistan bijvoorbeeld mogen ze niet bezoeken. Dat zou aan te passen zijn bij een wetsverandering.' Ondanks het handjevol rechtzaken klinkt Hester van Bruggen niet verbitterd: 'In vergelijking met andere landen zijn nergens zoveel zaken afgehandeld als in Nederland.' Ward Ferdinandusse diplomatiek: 'Maar wil je meer zaken dan heb je meer mensen nodig. Dat we nu een paar zaken kunnen behandelen is een beleids- en politieke keuze.'
Uit gesprekken met (oud)-justitiemedewerkers die ik voerde de laatste weken blijkt dat 'druk van bovenaf' ook vervolging bemoeilijkt. Zo werd op het onderzoekspad naar gifgasleverancier Frans van Anraat aangeklaagd voor medeplichtigheid aan genocide in Irak en medeplichtigheid tot oorlogsmisdrijven in Iran in 2004 obstakels geworpen. Toen officier van justitie Fred Teeven voor bewijsgaring naar Iran wilde afreizen, werd dat tegengewerkt door het Haagse ministerie van Buitenlandse Zaken, want Nederland onderhield geen warme betrekkingen met dat land. Ook het ministerie van Binnenlandse Zaken probeerde het onderzoek een spaak in het wiel te steken omdat Van Anraat de inlichtingendienst AIVD van informatie had voorzien en het ministerie haar informant tegen vervolging wilde beschermen. Teeven, tegenwoordig VVD- Tweede Kamerlid mag wegens zijn beroepsgeheim niet concreet op de zaak ingaan. Wel zegt hij: 'In het algemeen spelen bij de vervolging van oorlogsmisdadigers diplomatieke aspecten en binnenlandse veiligheid een rol. Het zijn voetangels en klemmen die -om het zachtjes uit te drukken- de vervolging niet versnellen.' Bij de vervolging van oud-officieren van de Afghaanse militaire inlichtingendienst dienst KhAD, Habibullah Jalalzoy en Hesamuddin Hesam, (respectievelijk tot negen en twaalf jaar veroordeeld in juli 2008) en de in juli dit jaar in Hoger Beroep vrijgesproken plaatsvervangend hoofd van de KhAD Abdullah Faqirzada, zetten ministeries ook vraagtekens. Oud-officier Fred Teeven: 'Bij hen spelen andere belangen mee. Ze zeggen: Je moet het verleden laten rusten want we zijn bezig het land op te bouwen.' Vorig jaar mei kon de Israëlische oud-chef van de inlichtingendienst Shin Beth Ami Ayalon Nederland uitvluchten. Ayalon werd verdacht van het opdracht geven van de marteling van de Palestijn Khalid al-Shami in de jaren 1999 en 2000. Volgens de Amsterdamse advocate Liesbeth Zegveld die de Palestijn bijstaat, deden Buitenlandse Zaken en het Openbaar Ministerie 'er vier volle werkdagen' om te beslissen dat Ayalon als oud-minister geen immuniteit genoot. 'Dat werd medegedeeld een dag na zijn vertrek. Die timing vond ik opmerkelijk. Bij mogelijk vervolging van hoge figuren waar een politieke kleur aan zit, zal een minister van Buitenlandse Zaken zich wel tweemaal bedenken om voorop te lopen.' Officier van justitie Ward Ferdinandusse ontkent enige druk van bovenaf. 'We doen aan waarheidsvinding.' Wel voegt hij er aan toe: 'Bij zaken met internationale dimensies wordt er wel altijd meegekeken.'
Bekijk ook De Pers
De foto maakte ik enkele jaren geleden in Halabja. Precies op de plek waar in maart 1988 de gifgasbommen vielen waarvan de grondstoffen waren geleverd door Frans van Anraat. U weet wel, in mijn ogen de grootste Nederlandse oorlogsmisdadiger ooit, waarvan de vervolging door Nederlandse ministeries werd tegengewerkt.
Labels: oorlogsmisdaden
op Twitter: @arnoldkarskens
op Facebook
Steun de stichting Onderzoek Oorlogsmisdaden
Nodig Arnold uit voor Spreekbeurt of Masterclass
2020. Voor verraders zou geen plaats zijn...(ism Cees van Hoore). Het ontluisterende verhaal over de vervolging van WO2-misdadigers in Nederland tussen 1945 en 2020. Bestel
2019. Alle pijn van de wereld. Een roman over oorlogsverslaggeving die de kern én de gevolgen van een goddelijke gekte blootlegt. Bestel
2020/2019/2018/2017. Een opzienbarende verzameling van fouten, halve waarheden en hele misleidingen door de NOS. Gratis te lezen op de weblog.
2018. Operatie laat niets in leven. (ism Henk Willem Smits) Het bizarre leven van Guus Kouwenhoven, Nederlands grootste oorlogsmisdadiger van de laatste decennia. Bestel
2018: Nepnieuws explosie. Desinformatie in de Nederlandse media (bijdrage). Bestel
2016. Help, er staat een terrorist in mijn keuken - tips en overlevingslessen bij een terreuraanslag thuis, op het werk of op het terras. Bestel
2009. Het verhaal van Nederlanders die vochten onder vreemde vlag.
2002. Een overlevingshandboek voor journalisten, hulpverleners en avonturiers.
2001. Pleisters op de ogen, pleister op de mond. De geschiedenis van de Nederlandse oorlogsverslaggeving van Heiligerlee tot Kosovo.
1995. Autobiografische verhalen uit de oorlog.
Voor de volledige lijst zie KB.nl of Klik hier voor meer info over deze boeken