Vandaag, zeven jaar na 9/11 schrijf ik in De Pers over de heimwee naar de talibantijd tussen 1996 en 2001. De Amerikaanse invasie ‘Enduring Freedom’ verdreef de gastheren van Osama Bin Laden uit de steden. Bij mijn bezoek constateerde ik dat toenemende onveiligheid, corruptie, een tandloze regering en wild militair optreden van buitenlandse troepen veel Afghanen weer doen verlangen naar die Goede Oude Tijd. Zo ook bij een jonge chirurg uit Kandahar. “Mijn vier kinderen gaan al twee jaar niet meer naar school. Mijn vrouw en ik geven ze thuis les. We zijn bang dat ze op straat worden ontvoerd.” Volgens de dokter werkzaam bij het lokale ziekenhuis stuurt de helft van de beter gesitueerden, zoals artsen, ingenieurs, zakenmensen en hogere ambtenaren in het zuiden, hun kroost niet naar een onderwijsinstelling uit vrees voor kidnapping door criminelen. “De regering van Hamid Karzai kan ons niet beschermen. Als ik de bus neem naar Kabul en we worden aangehouden en ze horen dat ik arts ben schieten ze me meteen dood. De daders? Ze zeggen dat het Talibs zijn maar niemand weet het zeker. Het zijn tegenstanders van de regering, tegenstanders van de mensheid of gewone boeven. Mijn student-collega reisde twee dagen geleden van Kabul naar Kandahar. Hij telde tien doden langs de weg.”
Bij vlagen verlangt de arts terug naar de talibanregering.“Je had geen televisie en geen muziek, Maar je dacht niet aan ontvoering. Dieven werd de rechterhand en linkervoet afgehakt, moordenaars hier op het plein opgehangen. Alleen die aanpak werkt in Afghanistan.” Voordat de rust terugkeert in Afghanistan wachten vijf tot tien jaren van anarchie. Tegen die tijd zijn z’n kinderen volwassen zonder schoolopleiding,“ voorspelt de arts.
Veel inwoners van Kandahar, de tweede stad van Afghanistan en ooit de religieuze hoofdstad van de taliban, kennen inmiddels de twee zijdes van de medaille. Na de Amerikaanse aanval galmt er weer muziek in de bazar. De minder prettige keerzijde is de toegenomen criminaliteit en de oorlogsellende. Een constructiewerkgever die zich uit angst uitsluitend per auto verplaatst, legt de schuld bij de buitenlandse militairen, waarvan er inmiddels bijna 70.000 in het land zijn gelegerd. “Ze brengen geen veiligheid of opbouw.” Ook de regering in Kabul doet niks: “Na zeven jaar hebben we nog steeds alleen enkele uren per dag elektriciteit. Wat is gebeurd met al die miljarden dollars hulp?” Door de werkloosheid en de gestegen voedselprijzen kiezen veel armen voor de Taliban want die betalen geld als je voor ze vecht. Zelf zou hij nooit een talib willen zijn, maar het begrip groeit. “Een vriend van mij in een dorp kreeg bezoek van de taliban. Hij vroeg waarom ze vochten. Een talib antwoordde: ‘Als een bewoner van een ander dorp bij jou de deur intrapt, dan verzet je je toch ook? “
Kandahar is anno 2008 een belegerde burcht. De uitvalswegen zijn in handen van de Talibs en door de bevrijding van duizend gevangenen medio juni uit de lokale bajes tonen de jihadstrijders met de zwarte tulband ook binnen de muren hun macht. Lang niet iedereen treurt daarom. In de talibantijd kostte een bruid 500 dollar, zo’n 350 euro. Als een vader meer vroeg voor zijn dochter, kreeg ie straf. In de huidige vrije economie is de prijs tot 55.000 euro. Weinig jongens kunnen zich dat veroorloven en blijven ongewenst ongetrouwd. Veel jonge vrijgezellen zien de terugkomst van de taliban alleen al daarom wel zitten.
PS Als foto nu maar een eens lekkere boy: Sylvester Stallone bezoekt Afghanistan in de film Rambo 3.( Krijg ik geen verder gezeur over seksistische voorkeur.)