Tolken vrezen voor hun leven
dinsdag 17 maart 2009
Irakezen die werkten voor de Nederlandse troepen klagen over hun veiligheid. Ze willen nu hulp van hun voormalige broodheren. Sinds het vertrek van de Nederlandse troepen uit de Zuid-Iraakse provincie al-Muthanna, deze maand vier jaar geleden, is het daar voor lokale medewerkers erg onveilig geworden. Dat zeggen zeven van hen tegen deze krant.
Gepubliceerd in De Pers, 17 maart 2009
Twee voormalige medewerkers van de Nederlanders zijn inmiddels omgekomen. Oud-tolk Ali Jabar is gedood in de ramadanmaand van 2006. Zijn collega Mohammed Mutlek al-Musawi (43) vertelt: ‘Hij reed in een auto. Ze haalden hem in en openden het vuur.’
In 2007 werd de advocaat Ala’a Hunoush vermoord met een pistool met geluiddemper. Hij was juridisch adviseur bij de rechtbank voor de Nederlandse militairen.
Het gros van de lokale medewerkers bestond uit zo’n zestig tolken die tussen augustus 2003 en maart 2005 werkten voor de Nederlandse Stabiliteitsmacht Irak SFIR. De lokale medewerkers vertaalden, vergaarden inlichtingen, informeerden over de lokale gewoontes en droegen op die manier bij aan de veiligheid van de troepen. Volgens de zeven – ‘wij spreken voor iedereen’ – is de nood in al-Muthanna hoog. Zeker nu de Amerikaanse troepenmacht geleidelijk aan krimpt en tegen eind 2011, als alles volgens plan verloopt, zelfs helemaal weg is uit Irak.
Voor het relatief rustige zuiden van het land ziet tolk Mohammed de toekomst somber in. Extremistische sjiitische milities, zoals het al-Mahdi-leger van de geestelijke Muqtada al-Sadr, winnen aan macht. Medewerkers van de multinationale troepenmacht zijn in hun ogen verraders. Hussein: ‘Wij krijgen briefjes in de trant van: ‘we zullen je zoon ontvoeren’.’ Haider Samir (33) tolkte voor de CIMIC, de militair-civiele afdeling die verantwoordelijk was voor opbouwprojecten. ’Het al-Mahdi-leger liet me weten dat ze een fatwa zouden aanvragen bij hun leider om mij te vermoorden.’
Emigreren naar Holland óf een smak geld, graag
De situatie doet denken aan wat er met lokale Dutchbat-medewerkers in Srebrenica is gebeurd, toen die Bosnische moslimenclave in juli 1995 in handen viel van de Serviërs. Een tolk en een elektricien die geen hulp kregen van de Nederlanders worden sindsdien vermist.
Vluchtelingen
Hussein Habeed Mohammed (47) tolkte twintig maanden voor de marechaussee in al-Muthanna. ‘Toen ze vertrokken zeiden ze ‘dag’. Ik kreeg een pen met ‘Marechaussee’ erop gedrukt en een certificaat voor goed gedrag. Maar geen geweer om mijzelf en mijn familie te beschermen.’
De tolken vinden dat Nederland ook nu nog verantwoordelijkheid moet dragen. Per slot van rekening werkten ze in opdracht van de regering in Den Haag. Ze hebben een voorstel: ‘Nederland betaalt mee aan onze verhuizing naar een andere provincie of stad óf neemt ons op als vluchteling.’
Nederland zou in dat geval in de pas lopen met andere SFIR-landen, zoals Groot-Brittannië en Polen. Die gaven hun tolken de keuze tussen geld en immigratie. Tolken bij de Amerikanen krijgen na een jaar dienstverband de mogelijkheid tot immigreren. Japan, dat tussen februari 2004 en juli 2006 ook in al-Muthanna werkte, gaf bij vertrek zijn tolken een bonus van ruim tweeduizend dollar. Volgens een tolk wil de helft van de ongeveer vijftig resterende vertalers naar Nederland. ‘Als daar werk is, zullen ze gaan. Als dat er niet is, blijven ze liever in Irak.’
Nieuw leven
Zijn collega Mohammed denkt dat driekwart liever geld ziet. ‘Om een nieuw leven te beginnen door een nihuis te kopen in een andere wijk of stad, waar ze niet weten dat je tolk bij de Nederlanders bent geweest.’
PvdA-Kamerlid en buitenlandwoordvoerder Martijn van Dam geeft als reactie: ‘Ik vind dat Defensie een zorgplicht heeft voor deze mensen. Ze hebben voor ons gewerkt en als ze om die reden nu in gevaar komen, dan hoort defensie een oplossing voor hen te zoeken.’
Volgens defensievoorlichter Robin Middel hebben slechts ‘enkele’ lokale Irakese tolken bij het vertrek van de Nederlandse troepen aangegeven dat zij veiligheidsproblemen hadden en zich zorgen maakten. ‘Voor zover zij op basis van individuele omstandigheden in aanmerking kwamen voor een verblijfsvergunning, is deze ook door de Immigratie- en Naturalisatie Dienst verstrekt.’
Labels: Irak